Door Assam

04-11-2011

Alweer ruim 1300 kilometer op de teller. De eerste ketting is gewisseld en de benen raken lekker los. Van Koch Bihar naar Dhuburi loopt de National Highway 31 maar omdat ik nog steeds probeer de grote drukke wegen te mijden, koos ik voor een ommetje over landweggetjes die mijn GPS aangaf. Met een gelukzalig gevoel tufte ik over het Bengaalse platteland. Een prachtig asfaltweggetje zonder noemenswaardige kuilen en gaten. Langs de weg prachtige groene rijstvelden en af en toe een gehuchtje.

Na enige tijd werd het weggetje slechter en kort daarna ging het over in 'onverhard'. Een soort grindpad maar nog wel te fietsen. Ik checkte of ik de goede kant uit ging maar zowel de GPS als de mensen wezen dezelde kant op. Links van me stroomde de machtige Brahmaputra rivier.

De weg werd nog kleiner en veranderde in een pad over een soort dijkje tussen de rijstvelden. Het was nog wel te fietsen maar ook dit hield na verloop van tijd op. Ik eindigde in een soort kampong maar vond weer een pad richting rivier en half fietsend half lopend ploegde ik tenslotte door het zand. Nog steeds links van me de rivier die ik als richtsnoer aanhield. Ik was me er wel van bewust dat ik in het grensgebied van India en Bangladesh was en wilde voorkomen dat ik per ongeluk Bangladesh in zou trekken. Dit zou vervelende complicaties kunnen hebben.

Niet veel later werd ik ingehaald door een paar jongens die me riepen. Volgens mij waren ze gestuurd en ze wilden dat ik mee terug ging. Het hele eind terug door het zand zag ik niet zitten maar ik verstond hun niet en zij mij niet. Ik vroeg "India?" en wees naar de grond. Ik bleek nog in  India te zijn. Op mijn kaart zag ik de naam van een dorpje en noemde het hardop. Ze keken opgelucht en wezen me de weg hoe er te komen. Er bleek een veerbootje over de rivier te gaan en daar moest ik zijn. Helaas kwam ik toen uiteindelijk toch nog weer op de NH31 uit, vol met kuilen en gaten en brullend verkeer.

Processie

Een heerlijk nachtje geslapen in Dhuburi. Vroeg het hotel uit en na een ontbijtje met roti en kikkererwten stond ik aan de oever van de Brahmaputra rivier, die hier enkele kilometers breed is. Een frisse ochtendbries zorgde voor een aangename temperatuur. Het bootje stroomde vol mensen, mijn fiets werd liefdevol op het bovendek geparkeerd. Ik mocht gratis mee, als speciale gast. Je wordt er soms verlegen van. Stabiliteit doen ze niet aan en we zaten gezellig met zijn allen op het bovendek. Geen reddingsboten, vlotten of zwemvesten. Hier is het 'inshallah' van toepassing en dat gaat vaak goed. Ook deze keer gelukkig.

Na anderhalf uur varen, veel langer dan ik gedacht had, belandden we aan de zuidoever. Kinderen speelden in het water, vrouwen deden de was en mannen waren druk aan het overleggen. Mijn fiets werd met vele handen aangepakt en voor ik het wist zat ik er weer op en reed over de zuidoever over de resten van wat ooit een weg was geweest. Dat bleef ook grotendeels zo. Visioenen van vorig jaar in Myanmar staken de kop op terwijl ik over de resten asfalt tussen de kuilen en gaten probeerde te laveren. Dat lukte niet altijd.

Het fietsen hier is een waar avontuur. In de dorpen onderweg een warm onthaal of soms totale negering. Heel verschillend. Voor een dubbeltje koop je hier 5 heerlijke verse mandarijnen zo van de boom. Een tros bananen kost ook een habbekrats en ze zijn heerlijk zoet.images/india_1235.jpg

Indiers zijn dol op zoetigheid. Vaak krijg ik onderweg allerlei zoete hapjes, snacks of ook wel geschreven als snakes en die doen het goed als energie leverancier. Ondanks dat geloof ik wel dat er al weer wat kilootjes af zijn maar een weegschaal heb ik hier nog niet gezien.

Vannacht slaap ik in Goalpara. Stel je overigens niets voor van de steden hier. Behalve Cooch Behar zijn alle steden hier eentonig, eenvormig en saai. Vooral veel beton, veel lawaai, verkeersoverlast en heel veel winkeltjes die allemaal ongeveer hetzelfde verkopen. Mobiele telefoons zijn helemaal hot.


« Terug